vrijdag - 05/03/1915

2° schrift, p.144-145
2° schrift, p.146-147

1. Het Lof

Godsdienstige oefening in de namiddag of de (voor)avond, die voor het uitgestalde Allerheiligste gebeurt: achter het cirkelvormige ruitje van een monstrans wordt een geconsacreerde hostie ter aanbidding, voor of boven het tabernakel, geplaatst. Er wordt gezongen en gebeden ter ere van het H. Sacrament des Altaars, de Moeder Gods en het “Tantum Ergo”. 

(bron: Vandenberghe, Henri: Gewijd of Vervlogen? op. Cit.)